Op pad met Martin...

Stadsecoloog Martin blogt maandelijks over onze Haagse stadsnatuur. 

Martin's blog: Daar is het voorjaar!

29-02-2024

'Daar is een fijn gekwetter in de lucht. Van vele vogelkelen. Mij blijft dit lichte vogelengerucht. Alwaar ik ga, omspelen.' Als de dagen lengen, beginnen de vogels weer te zingen. Onwillekeurig denk ik dan altijd aan het gedicht ‘Vogels’ van de Haagse dichteres Jacqueline Elisabeth van der Waals.

Zij verwoordt het vrolijke vogelgezang, dat op het punt van losbarsten staat, luchtig en bloemrijk:

Het is het tjilpend lief geluid,

Het fijn gepiep van musschen,

’t Is nu en dan met ver gefluit

Een merelstem daartusschen.

Kort na de jaarwisseling kun je vroeg in de ochtend het eerste vogelgezang al weer ontwaren. Meestal is het de roodborst die eerste die zich aandient. Niet met een tjilpend lief geluid, maar met een volle melancholieke zang.

Een paar weken later fluit ook de heggenmus in de donkere ochtend een deuntje mee. Zodra de zon het wint van de bewolking laten ook de mussen van zich horen. Aan de Houtrustweg in Duindorp, de Alkmaarse straat in Scheveningen of het Spireaveld in Leidschendam is het met mooi weer in de mussenkolonies een drukte van belang en wordt er tussen de mussenmannetjes onderling heel wat afgescholden. Een fijn gepiep zou ik het niet willen noemen. 

Merels zijn veel beschaafder. De zwart in het pak gestoken merelheren kunnen ook in het donker van  het late winter hun aria’s al ten gehore brengen, maar hun bijdragen komen pas echt tot hun recht op zwoele voorjaarsavonden.

Zacht en blij gekweel?
Na de roodborst en de heggemus laten ook koolmees, pimpelmees en vink zich gelden:

Het is het zacht en blij gekweel

Van meezen en van vinken,

Die even soms uit vrijer keel

Een voller slag doen klinken.

Hoe het ook klinkt, ik vind het geen zacht en blij gekweel. Een koolmees klinkt net als of er een fiets wordt opgepompt en de pimpelmees fluit een helder deuntje. De volle slag van de vink herkent natuurlijk iedereen. Vinken werden vanwege hun mooie zang vroeger ook vaak als kooivogel gehouden. Op speciale vinkenbanen in de duinen werden ze gevangen. Sommige vinken werden bewust blind gemaakt om ze mooier te laten zingen. Aan deze wrede praktijken kwam met de Vogelwet uit 1912 gelukkig een einde en de vinkenbanen zoals die in duingebied Solleveld en Meijendel kregen als vogelvanglocaties voor wetenschappelijk onderzoek een nieuwe bestemming.

Bengelende katjes
Langzaam ontwaken de eerste bomen en struiken. Als eerste zijn de windbestuivers zoals els en hazelaar aan de beurt. De wind blaast het stuifmeel uit de bungelende katjes, dat gedragen door de wind, zijn weg vindt naar de vrouwelijke bloemen.  

Ze zeggen, dat het zomeren zal,

Reeds zwellen alle knoppen,

De elzekatjes bengelen al

Naast de oude elzeproppen.

Voorjaar. Ik heb er zo’n zin in!

Martin is stadsecoloog van gemeente Den Haag. Voor het Haagse Groen neemt hij je elke maand mee op pad, de stadsnatuur in. Meer blogs lezen van Martin? Dat kan op de pagina Op pad met Martin

Foto Martin: Merijn van Grieken

 


Beelden: Pixabay

 

Nieuwsbrief

Niets meer missen van onze verhalen over het Haagse Groen en de stadsnatuur? Meld je aan voor onze nieuwsbrief.

Aanmelden

 

 

 

Cookie-instellingen