Op pad met Martin...Stadsecoloog Martin blogt maandelijks over de Haagse stadsnatuur.

Martin's blog: A forest….

30-01-2020

Het is februari in de Haagse bossen. De heldere zon schijnt op de stammen. De eerste vogels zingen hun lied en in de verte rent een eekhoorn. Kinderen spelen tikkertje en ouderen keuvelen wat op een bankje. Geen van hen heeft door dat diep verscholen tussen de takken een paar ogen naar beneden kijkt

Wanneer het duister valt, de vogels zwijgen en de eekhoorn slaapt, is dit wezen in het bos de baas. Geruisloos verplaatst het zich door het bos. Niemand die het ziet of hoort. Tot ineens een sinister 'hoe… hoe-hoe-hoe-hoeeee' klinkt……

Bruine spoken

Het sinistere 'hoe… hoe-hoe-hoe-hoeeee' wordt beantwoord met een ferm 'ke-wik' en in het maanlicht is te zien hoe geruisloos twee wezens naar elkaar toe vliegen. Bosmuizen kijken angstig om zich heen en padden, kikkers en kleine vogels houden zich stil. Alleen de vossen en boommarters trekken zich niets van deze bruine spoken aan en gaan gewoon hun gang.

Into the trees

Ze leven in het Haagse bos. Maar ook in het Zuiderpark, Clingendael & Oosterbeek, de Scheveningse bosjes, Oostduin & Arendsdorp en het Westuinpark & Wapendal: de bosuilen. De winterperiode is hun paartijd. Mannetjes roepen onophoudend 'hoe… hoe-hoe-hoe-hoeeee' en de vrouwtjes beantwoorden dit met 'ke-wik'. Nestelen doen ze in holle bomen, grote nestkasten en in de duinen soms in konijnenholen. Overdag houden bosuilen zich stil, zitten ze vaak op een tak stijf tegen een boomstam aan en zijn ze door hun schutkleuren bijna niet te zien. Wanneer ze worden opgemerkt door zangvogels of gaaien worden ze vaak luidruchtig geplaagd en kun je ook overdag een rustende bosuil ontdekken.

Geruisloze slokops met grote ogen

Uilen hebben veren met extra veel dons. Hiermee kunnen ze vrijwel geruisloos vliegen. Dit, gecombineerd met hun zeer scherpe gehoor en de grote ogen waarmee ze ook in het donker op grote afstanden kunnen zien, maakt ze geduchte nachtjagers. Omdat een uil van dichtbij slecht ziet, bepaalt hij de positie van zijn prooi van ver, vliegt er geruisloos heen en graait waar hij de prooi verwacht met beide poten tegelijk. Hij doodt de prooi door met zijn klauwen krachtig te knijpen totdat er geen hartslag meer te voelen is. Hij pikt de ogen van zijn prooi uit en verscheurt die vervolgens. Uilen slikken prooien in hun geheel in een keer door. De botten en haren hopen zich op in hun maag en op gezette tijden braken de uilen zo’n uilenbal uit. Rustplekken van uilen zijn vaak te herkennen aan een verzameling braakballen onder een boom.

Takkelingen

Bosuilen leggen in februari en maart hun eieren. De jonge uilen klauteren soms al na twee weken het nest uit. Omdat het nog wel drie maanden kan duren voordat ze echt kunnen vliegen klauteren ze omhoog een boom in naar een veilige zitplaats. Jonge bosuilen die het nest verlaten hebben en nog niet kunnen vliegen noemen we takkelingen. Hoe dat er uitziet kun je in onderstaand filmpje zien.

Dus...

Ga lekker het bos in, maar wees je er van bewust dat je altijd hoog vanuit een boom door een paar spiedende ogen in de gaten wordt gehouden.

“Come closer and see
See into the dark
Just follow your eyes
Just follow your eyes”


(van: The Cure: A forest. 1980)

Blog van de stadsecoloog
Martin is stadsecoloog bij gemeente Den Haag. Via deze blog vertelt Martin maandelijks wat er speelt in de Haagse stadsnatuur. Ontdek de wondere wereld van het Haagse groen! Wil je meer blogs van Martin lezen? Kijk dan eens in onze rubriek Op pad met Martin

 

 

Nieuwsbrief

Via de nieuwsbrief blijf je op de hoogte van al het nieuws rondom het Haagse Groen.

Aanmelden

 

 
Cookie-instellingen