Op pad met Martin...Stadsecoloog Martin blogt maandelijks over de Haagse stadsnatuur.

Martin's blog: November rain

31-10-2019

Oktober en november zijn de paddenstoelenmaanden bij uitstek. Een van de meest opmerkelijke paddenstoelensoorten vind ik toch wel de inktzwammen. Paddenstoelen waarvan de witte hoed binnen een of enkele dagen veranderd in zwarte inktachtige druppels.

In Nederland komen bijna honderd verschillende inktzwammen voor. De wetenschappelijke naam begint met Coprinus, wat betekent op mest groeiend. Nu groeien inktzwammen over het algemeen niet echt op mest maar de meeste bekende inktzwam, de geschubde inktzwam, is wel vaak te vinden op bemeste en voedselrijke grasvlaktes. In Den Haag is deze soort dan ook geregeld te vinden op gazons en in bermen.

Zwarte sinistere druppels en biologische inkt

Een paddenstoel is het vruchtlichaam van een schimmel. Onder de grond bevindt zich een wirwar van schimmeldraden. Een keer per jaar vormt zich boven de grond een vruchtlichaam wat sporen produceert. Met deze sporen verspreidt de schimmel zich. Bij inktzwammen bestaat het vruchtlichaam uit een steeltje met een hoed. De hoed verandert kort na ontplooiing in een donkere, op inkt lijkende vloeistof. Aan de rand van de hoed druppelen vervolgens zwarte sinistere druppels naar beneden. Deze zwarte regendruppels bevatten duizenden sporen. Van de kale inktzwam (een bepaalde soort) werd vroeger ook daadwerkelijk inkt gemaakt. De verinkte hoeden werden samen met wat kruidnagels in een pannetje aan de kook gebracht. Na vijf minuten was de inkt klaar en kon het dankzij de kruidnagels jaren bewaard blijven.

Actieve jager

De meeste schimmels voeden zich met dood organisch materiaal. De geschubte inktzwam blijkt echter een actieve jager te zijn. Deze inktzwam produceert een giftige stof waarmee hij bepaalde aaltjes (microscopisch kleine wormpjes) verzwakt of doodt. Vervolgens dringen de schimmeldraden de dode of verzwakte (zich niet meer kunnen bewegende) aaltjes binnen en verteren deze binnen enkele dagen.

Niet voor bij de borrel

Van diverse inktzwamsoorten kan de jonge hoed worden gegeten. Hier zit echter wel een maar aan. De volgende twee tot drie dagen kan er geen alcohol worden gedronken. In sommige inktzwamsoorten zit namelijk de stof coprine. Deze stof houdt de normale verbranding van alcohol in het bloed tegen zodat er een giftige opeenhoping van het afbraakproduct van alcohol in de lever ontstaat. Een beschrijving van de reactie van ons lichaam hierop vinden we in het Nederlands tijdschrift voor geneeskunde uit 1961:

“In 1951 beschreef collega A. C. Copper een syndroom dat zich bij hem en zijn echtgenote had ontwikkeld na het gebruik van een weinig brandewijn na het eten van een matige hoeveelheid van de kale inktzwam…..(er) ontstond de volgende dag een zeer sterke reactie op het drinken van de twee borrels: plotselinge roodheid van het gelaat en de conjunctivae, polsversnellling, later bleekheid en slappe pols; in het begin was er een gevoel van zwelling van hoofd en hals, later voelden de patiënten zich misselijk, duizelig en slaperig.”

Als stadsecoloog wil ik dan ook adviseren om het te houden bij het consumeren van champignons en oesterzwammen. Daar kan dan gewoon een glaasje wijn bij.

Blog van de stadsecoloog
Martin is stadsecoloog bij gemeente Den Haag. Via deze blog vertelt Martin maandelijks wat er speelt in de Haagse stadsnatuur. Ontdek de wondere wereld van het Haagse groen! Wil je meer blogs van Martin lezen? Kijk dan eens in onze rubriek Op pad met Martin

 

Nieuwsbrief

Via de nieuwsbrief blijf je op de hoogte van al het nieuws rondom het Haagse Groen.

Aanmelden

 

 
Cookie-instellingen